De Gili-eilanden zijn al jaren geen groot geheim meer, maar blijven een van ’s werelds meest relaxte backpackparadijsjes. Als je de drukke maanden juli t/m september en december en januari vermijdt, vindt elke rustzoeker hier zijn heil. Elk van de drie eilandjes is niet langer dan 3 kilometer en je verplaatst je er per fiets of lopend. Op de witte stranden, in de helderblauwe zee en aan de houten strandbarretjes is het heerlijk chillen.

Onderwater
De actieveling gaat snorkelen of duiken; de Gili-eilanden zijn een van Indonesië’s beste duikplekken. Je kunt er zeeschildpadden, mantaroggen en rifhaaien zien, alsmede de prachtige koraalriffen en gekleurde vissen. De duikspots zijn er voor elk niveau: van leerling tot pro. Er zijn ook verschillende PADI-gecertificeerde duikscholen waar je je duikbrevet kunt halen.

De drie eilandjes in een notendop
Gili Trawanga - Het grootste eiland van de drie (2 bij 3 kilometer, jaja!) en het meest toeristisch. Voordeel: het beste nachtleven en de grootste accommodatiekeuze. Nadeel: soms wat te druk en het meest bebouwd.
Gili Meno - Het middelste en kleinste eilandje met de minste toeristen en de meeste rust. Prachtige witte strandjes en blauw water, plus geprezen duikspots als de Meno Wall, waar je zwemt je tussen de koraalduivels en soldatenvissen zwemt. Na negen uur is er echter weinig meer te doen
Gili Air - Gili Air ligt op slechts een half uurtje varen van Lombok en heeft de meeste inwoners (1400); een boeiende lokale community die voor een eigen sfeer zorgt. Gili Air is er voor diegenen die Trawanga te druk en toeristisch vinden, maar Meno weer wat té rustig.

Maar ach, de drie eilandjes liggen vlak bij elkaar en je hopt zo van de een naar de ander, dus bezoek ze gewoon alle drie!