17 Dingen die je leert als je voor het eerst in Zuid-Amerika gaat rondreizen
Naast de alom bekende mañana-mañana-vibe pik je ook deze zeventien lessen gegarandeerd op als je naar Zuid-Amerika afreist.
Zuid-Amerika is voor velen een favoriete vakantiebestemming. Het is een groot continent met een enorme diversiteit aan natuurschoon en cultuur. Latino’s staan bekend om hun passionele levenslust. Ook nemen ze het niet zo nauw met de tijd. Terwijl indrukwekkende landschappen aan alle kanten om je oren vliegen, zijn dit zeventien universele lessen die je gaat leren van reizen door Zuid-Amerika.
1. Hoogten zijn niet iets om mee te spotten!
Word je ook enthousiast van het idee om door de Andes of Patagonië te trekken? Zeker doen! Bereid je wel goed voor en neem hoogteverschillen serieus. Drink geen alcohol vlak voor of tijdens je tocht. Het gebrek aan zuurstof daarboven zijn wij ‘laaglanders’ niet gewend. Luister naar je lijf en neem een abonnement op cocabladeren. You gonna need them!
2. Elk bewegend voertuig is een potentiële vorm van transport
Tuk-tuks, veewagens, collectivo’s, chickenbussen, alles wat wielen heeft, kan je van A naar B brengen. Een maximum aantal personen? Dat kennen ze niet in Zuid-Amerika. Ook als je denkt dat het gevaarte nu toch écht vol zit, past er altijd nog iemand bij.
3. Wc-papier gaat naast de pot
Omdat riolenstelsels snel verstopt raken, staat er overal een emmer naast de wc. In het begin is het even wennen om je prop- of vouwsels niet ín de toiletpot te gooien, maar ernaast. Zodra je echter weer in Nederland bent, betrap je jezelf geheid op het zoeken naar die vertrouwde afvalbak.
4. Alles bevindt zich ‘al fondo’
Locals in Zuid-Amerika helpen je graag. Soms zó graag dat ze je liever de verkeerde kant op sturen dan aangeven iets niet te weten. ‘Al fondo’ is een term die je direct in je vocabulaire opslaat. Vrij vertaald betekent het ‘achterin’ of ‘aan het einde’. Met gemak word je met een ‘al fondo’ uitgebreid wuivend een bepaalde kant op gestuurd. Om vervolgens vanuit daar weer terug verwezen te worden.
5. Spreek Spaans en je hebt een streepje voor
Spaans en Portugees zijn de belangrijkste talen die gesproken worden in Zuid-Amerika. Met Engels kom je op toeristische plekken tegenwoordig goed weg. Voor het leren kennen van het authentieke Latijns-Amerika is het spreken van een woordje Spaans echter een must. De lokale bevolking vindt het maar wát fantastisch als je ze in hun eigen taal benadert!
6. Vijf uur bussen is peanuts
De afstanden in Zuid-Amerika zijn enorm. Om efficiënt je tijd in te delen, zal je jezelf regelmatig verplaatsen met een bus of vliegtuig. Reizen van tien tot vijftien uur zijn niet uitzonderlijk. Een tour van Lima via La Paz naar Santiago de Chili, Buenos Aires en eindigend in Rio de Janeiro ziet er op papier misschien top uit. Als je maar beperkt de tijd hebt, zal je hiervan het grootste deel vanuit de lucht zien.
7. Soepele heupen zit ons niet in het bloed, hén wel
Latino’s krijgen salsa, rumba en tango moves met de paplepel ingegoten. Wij niet perse. Maar... wie niet waagt, wie niet wint. Waag dus sowieso een dansje! Wellicht dat een paar pisco sours en caipirinha’s je lijf minder houterig krijgen ;-)
8. Zó vier je carnaval!
Den Bosch en Maastricht vallen in het niet als je carnaval in Rio of het Colombiaanse Barranquilla gevierd hebt. Bloedmooie latina’s met verentooien brengen mening hoofd op hol. Na het meemaken van deze combi van inheemse dansen en ingewikkelde kostuums besef je dat het onder de rivieren nooit tot zo’n spectaculair hoogtepunt zal komen.
9. Het is áltijd en overal feest
Naast carnaval hebben Latino’s immer een reden voor een feestje. Heel leuk! Iets minder leuk als je gespitst bent op tijd naar bed te gaan met het oog op de vroege wekker de volgende ochtend. Waar je in Nederland gewend bent netjes de buren in te lichten bij een verjaardags- of pyamaparty, word je daar in Zuid-Amerika op de raarste tijden mee verrast. Oordoppen inpakken, is zeker geen overbodige luxe.
10. Je garderobe is nooit uitgebreid genoeg
Het klimaat in Zuid-Amerika loopt uiteen van temperaturen tot onder nul in de zuidelijke punt van Patagonië tot brandende zon op hippe stranden in Brazilië. Om nog maar niet te spreken over de tropische omstandigheden in de Amazone. Op sommige plekken verandert het weer binnen enkele minuten van hagelstenen naar felle zon. Pak je backpack dus slim in!
11. Een afritsbroek kan best
Wil je high fashion gekleed door Zuid-Amerika? Think twice! Ademende kleding en comfortabele alpacatruien worden je beste maatjes. Evenals de oldschool afritsbroeken, leggings en sandalen. Vergeet de laatste trends en ga lekker mee in de stroom van de reizigersmode!
12. Eten doe je op straat
Albert Heijn, eat your heart out. Wanneer je door Zuid-Amerika reist, zal je het concept supermarkt snel vergeten. Eten op straat is vaak vele malen goedkoper. Voor een paar euro eet je je buik rond. De lunch is de belangrijkste maaltijd van de dag. Op elke straathoek zijn goedkope ‘menu del dia’s’ te vinden. Locals bereiden dagelijks grote hoeveelheden warm eten voor anderen. Schuif dus aan en laat het je smaken!
13. Groenten? Gadver!
Zo’n dagmenu bestaat overigens vooral uit koolhydraten met vlees en kip. Als veganist of vegetariër heb je in Zuid-Amerika heel wat extra research te doen. Latino’s leven op vlees en suikers. Wanneer je bij een menu del dia naar groenten vraagt, wordt er met een brede glimlach naar de drie blaadjes sla en twee tomaatjes gewezen. That’s it. Aardappel-, pasta- en rijstliefhebbers zullen zich in luilekkerland wanen!
14. Drinken doe je uit plastic zakken
Kijk niet raar op als je je drankje in een plastic zakje met een rietje meekrijgt, zodra je om een ‘to-go’ vraagt. Verse sappen, water en koffie in een drinkbeker? Daar doen ze op veel plaatsen in Zuid-Amerika niet aan. Het is even wennen om niet te knoeien, maar oefening baart kunst. Cheers!
15. Los muntgeld is het meeste waard
Zorg dat je de vijftig en honderd eurobiljetten onder de lokale geldeenheid direct ‘kleiner maakt’. Na jezelf een paar keer ongemakkelijk gevoeld te hebben als ‘de rijke westerling’ pak je dit direct op na een bezoek aan de pinautomaat. Vooral op markten en in kleine winkels is de term ‘wisselgeld’ een dingetje. Zoveel mogelijk gepast betalen is de norm en wordt gewaardeerd.
16. Vertraging krijgt een dubbele betekenis
In Zuid-Amerika gaat alles net even wat trager dan je thuis gewend bent. Álles! In de supermarkt wacht je met gemak een half uur op de kassajuffrouw en bussen komen wanneer ze komen. Doordat het leven langzamer gaat, beleef je het op vele vlakken intenser. Zodanig, dat je bij thuiskomst de vijf minuten vertraging van NS nog gaat koesteren.
17. Zuid-Amerika is geen once-in-a-lifetime ervaring
Zuid-Amerika fascineert je op vele fronten. Of het nou door de taal, de cultuur, de mensen of de bizarre landschappen komt, iedereen vindt een reden om het imposante continent in zijn hart te sluiten. Na je eerste bezoek weet je het direct: hier ga je zeker nog eens naar terug!
