De geschiedenis van Mexico beginnen we voor het gemak met de Olmeken, de kunstenaars die de bekende zware stenen koppen maakten. Omdat ze veel invloed hebben gehad op de religie, kunst en landbouw van de latere beschavingen (waaronder de Azteken en de Maya’s), worden de Olmeken beschouwd als de scheppers van de moedercultuur van Midden-Amerika. Op onverklaarbare wijze kwam er rond 400 voor een einde aan deze beschaving. Pas later, van 200 tot 900 na Christus waren er weer een aantal hoog ontwikkelde beschavingen in Mexico, zoals de Zapoteken en de Mixteken. De Maya's bereikten in de periode van 300 tot 900 na Christus hun hoogtepunt. Op het gebied van wiskunde bijvoorbeeld, staken de Maya's met kop en schouders boven de rest uit. Zij hadden zelfs een nauwkeuriger kalender dan wij nu hebben.
Tussen 900 en 1521 na Christus, kregen militaire culturen de overmacht, zoals de Azteken en de Tolteken. Dankzij de Azteken is de afbeelding van de adelaar met een slang in de snavel sinds 1821 het nationale symbool van Mexico. De Spaanse veroveraar Hernán Cortés zette als eerste Europeaan op 21 april 1519, samen met enkele honderden soldaten, voet aan Mexicaanse wal. Na jaren van oorlog vielen de Spanjaarden in 1521 voor de zoveelste keer aan en toen dolven de Azteken het onderspit waarbij de hoofdstad Tenochtitlán werd verwoest. De nieuwe naam van het land werd Nieuw-Spanje.
Sinds 1535 staat Mexico onder Spaans gezag. Na twee eeuwen overheersing door de Spanjaarden werd het land in 1821 onafhankelijk, maar de instabiliteit bleef. Het leidde in 1846 zelfs tot één van de grootste nederlagen in de Mexicaanse geschiedenis, want na een oorlog met de Verenigde Staten raakte Mexico de helft van haar land kwijt waaronder Nieuw-Mexico, Texas en Californië. De Mexicaanse Revolutie brak uit in 1910, maar loste niet veel op. Het eindigde met het aannemen van de grondwet van 1917.
Meer weten over reizen naar Mexico?
Bekijk hier alle informatie