Na de dood van dictator Franco werd Spanje een parlementaire constitutionele monarchie. Daarnaast kwam er in 1978 een Spaanse grondwet. Het Spaanse parlement bestaat uit het congres van afgevaardigden en de senaat. Deze zijn vergelijkbaar met onze Eerste en Tweede kamer. Juan Carlos is de koning van Spanje. De echte verantwoordelijkheid ligt echter bij de minister. Spanje bestaat uit zeventien autonome regio’s die elk hun eigen regering, parlement en premier hebben. Dit heet generaliteit.
Lange tijd was Spanje een agrarisch land. Pas eind jaren vijftig werd er een begin gemaakt het opbouwen van een industrie die toen ook al snel een belangrijke economische sector werd. Ook de dienstensector ontwikkelde zich snel. Internationaal is Spanje op dit moment a; het vijfde industriële land van Europa, met de auto-, staal- en chemische industrie als belangrijkste industrieën. Ook de scheepswerven horen tot de belangrijkste ter wereld. Andere belangrijke bronnen van inkomsten zijn uiteraard het toerisme, maar ook nog altijd het geld dat door geëmigreerde werknemers naar Spanje overgemaakt wordt.
Meer weten over reizen naar Spanje?
Bekijk hier alle informatie