De koffie- en badhuizen van Boedapest

De mooiste stad die de Donau in zijn stroomgebied tegenkomt, is Boedapest. De Hongaarse hoofdstad is elegant en romantisch, maar tegelijk dynamisch en energiek. Oude burchten en paleizen kijken uit op volle koffiehuizen en bars.

Officieel bestaat Boedapest pas sinds 1873. Toen werd het stadsdeel Boeda aan de westoever van de Donau samengevoegd met het aan de oostoever gelegen Pest. Ook al zijn ze nu één, Boeda en Pest ademen hun eigen sfeer. Boeda is heuvelachtig en groen. Hier liggen het oude koningspaleis en kasteelcomplex en bevinden zich de rijkere wijken. De uitzichten vanaf de Burchtheuvel, vooral vanaf het vissersbastion, zijn grandioos. Het vlakke Pest is het commerciële hart van de stad, vol drukke winkelstraten, grote pleinen en stijlvolle boulevards. Hier speelt zich ook het culturele leven af, met ontelbare musea, theaters en nachtclubs. 

Net als in Wenen vind je in Boedapest veel chique, oude koffiehuizen. Hier komen de bewoners in een omgeving van marmer en brons koffie met Dobos Torta (Hongaarse taart) nuttigen en bijkletsen. Bezoek zeker Gerbeaud, de meest historische van alle koffiehuizen in Boedapest. 

Badderen
Socializen doen de Boedapesters ook in de tientallen badhuizen. Het is de stad met de meeste natuurlijke warmwaterbronnen. Het waren de Romeinen en later de Turken die hier de prachtigste badhuizen bouwden. De mooiste en toeristvriendelijkste zijn de Gellért, Rudas en Széchenyi. Zelfs in de winterse vrieskou kun je hier buiten badderen in het dampende water. Uniek zijn ook de diverse trendy clubavonden die in sommige badhuizen georganiseerd worden, een soort discozwemmen voor volwassenen.

Gerbeaud

Széchenyi