In 1982 trad een nieuwe grondwet, die de oude van 1976 verving, in werking. Deze schafte de militaire Revolutionaire Raad af en beperkte de macht van de president. Daarbij werden marxistische en socialistische elementen uit de grondwet verwijderd.
De president, die elke vijf jaar bij algemeen kiesrecht gekozen wordt, benoemt de premier en heeft het recht om diens regering te ontslaan. De president is eveneens opperbevelhebber van het leger.
De regering heeft een relatief zwakke positie, want zij is politieke verantwoording verschuldigd tegenover de president en tegenover het parlement. Het parlement bestaat uit één kamer met 250 leden. Portugal is onderverdeeld in 18 districten en twee autonome regio's (de Azoren en Madeira) met aan het hoofd een benoemde gouverneur. De districten zijn onderverdeeld in gemeenten (concelhos).
Na de Portugese omwenteling van 1974 werd een groot aantal industriële bedrijven en banken genationaliseerd, maar aan het eind van de jaren zeventig zijn veel van deze nationalisaties juist weer ongedaan gemaakt. De nieuwe grondwet van 1982 maakte een verdere liberalisering van de economie mogelijk. Een beperkt aantal sectoren werd toen opengesteld voor het bedrijfsleven.
Vanaf 1985 was er, na twee jaar van recessie, weer sprake van enig herstel. Vooral de toetreding tot de Europese Gemeenschap (EG) in 1986 heeft het land goed gedaan. Sinds dat jaar lag de gemiddelde jaarlijkse groei van de economie rond 4,6%, waardoor Portugal de snelst groeiende economie van de Europese Unie heeft. De in het verleden hoge werkloosheid daalde tot 7,2% in 1995. Negatieve effecten van het economisch herstel zijn de hoge inflatie en het toenemende tekort op de handelsbalans.
Meer weten over reizen naar Portugal?
Bekijk hier alle informatie