Natuur en Noorwegen zijn woorden die makkelijk in dezelfde adem worden genoemd. Het grootste deel van het land bestaat immers uit fjorden, bossen, gletsjers en meren. Het land is dunbevolkt en dat speelt ook mee bij de instandhouding van de natuurschoon. Er zijn ongeveer twintig nationale parken in Noorwegen, waaronder Hardangervidda met de grootste kudde wilde rendieren ter wereld, Jostedalsbreen bij de grootste gletsjer van Europa, het hooggebergte Jotunheimen en het boven de poolcirkel gelegen Saltfjellet.
In Noorwegen vind je vooral naaldbomen, berken, rendiermos en lage struiken. Dit heeft te maken met de lage temperatuur in een groot deel van het land. Hoe dichter je bij de poolcirkel komt, des te ruiger wordt het landschap. Rond het Hardangerfjord zijn fruitbomen te vinden, maar dat is uitzonderlijk in Noorwegen. Wat je er wel veel vindt zijn elanden, rendieren en muskusossen. De vogeleilanden Runde en Røst bieden voor de liefhebber ondermeer zeearenden en papegaaiduikers.
Noorwegen heeft een afwisselend klimaat, dat veroorzaakt wordt door de uitgestrektheid van het land, de bergketens en de warme golfstroom voor de kust. Hierdoor kan het in de zomer zeer aangenaam zijn met temperaturen tussen de 25 en 32 °C. Vooral het oostelijke deel van het land kent dan veel zonneschijn. In het winter is dit juist het gedeelte dat het zwaar te verduren krijgt met vorst en sneeuw.
Meer weten over reizen naar Noorwegen?
Bekijk hier alle informatie